Tekst vergroten Tekst verkleinen Letter afstand vergroten Letter afstand verkleinen

Deel dit bericht.

Sociaal Planbureau Groningen en Trendbureau Drenthe geven inzicht in de ontwikkeling van armoede in Groningen en Drenthe.

Feiten en cijfers over armoede in Groningen en Drenthe

4 oktober 2018

Leven in armoede kan iedereen overkomen. Er is bijvoorbeeld sprake van armoede wanneer iemand onvoldoende inkomen heeft voor voeding of een goede woning. Toch zijn er groepen huishoudens die een hoger risico op armoede hebben omdat ze vaker onder de lage-inkomensgrens leven. Sociaal Planbureau Groningen en Trendbureau Drenthe geven inzicht in de ontwikkeling van armoede in Groningen en Drenthe. Ook werken ze mee aan een onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen naar de aard en omvang van armoede in de Veenkoloniën en effectieve interventies en maken ze feitenbladen over armoede van generatie op generatie in de Veenkoloniën.

Hoog risico op armoede

Het risico om in armoede te belanden is niet evenredig verdeeld over alle huishoudens. Er zijn ‘risicogroepen’; categorieën huishoudens, die relatief vaak een laag inkomen hebben. In zowel Groningen als Drenthe zijn dat eenoudergezinnen, alleenstaanden, jonge huishoudens, huishoudens met een niet-westerse achtergrond en huishoudens met een uitkering. Wat opvalt is dat na de pensioengerechtigde leeftijd het aantal huishoudens in armoede juist sterk afneemt. Dit komt omdat met de pensionering de inkomenssituatie voor velen verbetert doordat het (volledige) AOW-pensioen boven de lage-inkomensgrens uitkomt.

Armoede van generatie op generatie

De Veenkoloniën hebben van oudsher te maken met hoge aantallen huishoudens die leven in armoede. Bij een groot aantal van deze gezinnen gaat het om armoedeproblematiek die van generatie op generatie wordt doorgegeven. Het opgroeien in armoede vergroot de kans op armoede op latere leeftijd (Gaiaux, 2011). In de Veenkoloniën wonen meer ‘arme’ jongvolwassenen dan gemiddeld in Nederland. Ook zien we dat de ouders van jongvolwassenen met een laag inkomen, zelf ook vaak een inkomen onder de lage-inkomensgrens hadden. De duur van de armoede maakt eveneens uit: voor kinderen die in hun jeugd langdurig arm waren, is de kans op armoede als volwassene groter.

Aan de hand van ruimtelijke analyses hebben we in kaart gebracht waar arme gezinnen in de Veenkoloniën voornamelijk wonen.

Meer informatie:

Erik Meij
onderzoeker
06 13 58 14 71
e.meij@sociaaplanbureaugroningen.nl

Deel dit bericht.

Meer informatie.

Volg ons.